Veel boomkwekers en potplantenkwekers zetten een heftruck in voor hun intern transport. Hiermee kan volgens Prins Maasdijk flink wat arbeid worden bespaard. Voorwaarde is wel dat het aantal potmaten beperkt is en grote partijen tegelijkertijd kunnen worden geraapt. Een heftruck is prima te combineren met een ErfGoedVloer, maar vergt wel aanpassingen aan zowel het vervoermiddel als de vloer.
Prins Maasdijk is specialist op het gebied van intern transport, en dan met name heftrucks. Het bedrijf is importeur van Cesab, dealer van Toyota-vorkheftrucks en bouwt daarnaast eigen heftrucks; de Prins-heftrucks. “Deze zijn al meer dan zestig jaar op de markt”, zegt Jan de Vink van het bedrijf. “We stemmen de Prins-heftrucks, die wereldwijd worden verkocht via onze dealers, volledig af op de wensen van de klant. Naast de heftruck leveren we ook de gewenste enkele en dubbele pottenvorken.”
De Prins-heftrucks worden in veel gevallen gecombineerd met een ErfGoedVloer. Dit kan prima, mits zowel de heftruck als de vloer hierop worden aangepast. “De ErfGoedVloer wordt in dit geval extra stevig gemaakt, zodat deze berijdbaar is”, vertelt Machiel Paans, Area Sales Manager bij ErfGoed. “Verder wordt de heftruck volledig aangepast, om een zo laag mogelijke bodemdruk te creëren. Er kunnen zelfs nog losse contragewichten worden weggenomen, om de druk verder te verlagen. Of dit laatste mogelijk is, hangt af van het gewicht van de planten en de vork samen. Door het verlagen van de druk ontstaan er geen sporen in de vloer. Dat is in de loop der jaren ook wel bewezen in de praktijk: ErfGoed en Prins Maasdijk werken al jarenlang succesvol samen en hebben gezamenlijk veel testen uitgevoerd. Voor een succesvolle inzet van de heftrucks is het overigens ook belangrijk dat de luchtbanden een plat profiel en hebben en zo breed mogelijk zijn.”
De Vink beaamt dat. “Het is zaak om alles nauwkeurig af te stemmen. De goede samenwerking tussen ErfGoed en Prins Maasdijk vormt hierbij een groot voordeel: we hebben veel kennis, die we ook graag delen.”
De inzet van een heftruck stelt niet alleen specifieke eisen aan de ErfGoedVloer, maar ook aan de kwekerij. Zo dient het pad waarover de heftruck kan rijden breed genoeg te zijn, zodat er voldoende manoeuvreerruimte is. “Daarnaast moeten medewerkers natuurlijk op een heftruck kunnen rijden en een heftruckcertificaat hebben”, zegt De Vink. “Maar dat hebben de meeste mensen in een dag onder de knie. En heftruck rijden, dat vindt bijna iedereen leuk.”
Bij Prins Maasdijk signaleert men de laatste jaren een toenemende belangstelling voor de inzet van heftrucks op boomkwekerijen en potplantenbedrijven. Volgens De Vink kan hiermee namelijk arbeid worden bespaard ten opzichte van het gebruik van vaste of losse transportbanden. “De planten hoeven immers niet meer met een handvork van de band te worden gehaald. Ook het verslepen van lopende banden - wat nodig is bij losse banden - is niet meer aan de orde. Dit zijn ook werkzaamheden die de meeste medewerkers vandaag de dag niet meer willen doen. Dat speelt ook een belangrijke rol: arbeid wordt immers steeds schaarser en ook nog eens duurder. Automatisering is daarom het credo.”
In de meeste gevallen worden planten met de heftruck van een buffertafel gepakt en in de kas of op het containerveld gezet. “Aan het einde van de teelt werkt dat omgekeerd.”
De Vink en Paans benadrukken dat de inzet van een heftruck met name interessant is voor bedrijven met een beperkt aantal potmaten en een uniforme gewasgroei. Paans: “Dan kun je immers grote partijen tegelijkertijd wegpakken. Daar leent een heftruck zich perfect voor. En ook de ErfGoedVloer heeft wat dit betreft een meerwaarde, aangezien deze bijdraagt aan een uniforme gewasgroei en ervoor zorgt dat minimaal 70 tot 80 procent van de planten tegelijkertijd afleverklaar zijn. In zijn algemeenheid is een heftruck minder geschikt voor bedrijven waar planten uitgeraapt moeten worden en veel verschillende potmaten door elkaar staan. Hoe minder potmaten, hoe beter.”
De Vink voegt toe dat de planten vanaf de buffertafel steeds vaker door een camera-unit gaan, om te bepalen of ze afleverklaar zijn of niet. Is dit niet het geval, dan worden ze met een heftruck vanaf de bufferband weer teruggebracht naar de kas. “Dan is het uitrapen van kleine aantallen planten dus ook niet meer nodig, maar is het toch mogelijk om een heftruck in te zetten.”
Ook wanneer grote afstanden moeten worden overbrugd binnen een kwekerij, wordt vaak gekozen voor een heftruck, zo is de ervaring van Prins Maasdijk. “Met een heftruck ben je immers snel en efficiënt.”
Een Prins-heftruck vergt een gemiddelde investering van 35.000 tot 55.000 euro. Volgens De Vink kan deze binnen ongeveer een jaar worden terugverdiend, doordat enkele arbeidskrachten worden bespaard. Paans verwacht dat dit iets langer zal zijn, aangezien ook de vloer berijdbaar moet worden gemaakt, het pad moet worden verbreed en moet worden geïnvesteerd in een buffer. “Maar wanneer de kwekerij al geschikt is voor het rijden met een heftruck, is deze zeker binnen een jaar terug te verdienen.”
De experts geven aan dat kwekers ook steeds vaker kiezen voor ‘luxe uitgevoerde’ heftrucks. De Vink: “Een Prins-heftruck is sowieso al voorzien van een comfortabele stoel. Maar steeds vaker willen ondernemers ook luchtvering, heftrucks met cabines, stoelverwarming en zelfs airco. Alles om het voor de medewerkers maar zo prettig mogelijk te maken. Mensen, dat is waar het vandaag de dag om draait. Om die reden verwacht ik dat de komende jaren meer bedrijven zullen investeren in heftrucks; het is gewoon heel comfortabel werken.”
De Vink ziet de meeste groeipotentie bij grotere kwekerijen met containervelden buiten en bij kleinere kwekerijen die arbeid willen besparen. “Deze laatste groep bedrijven kiest er daarom voor om een heftruck in te zetten. Om dit mogelijk te maken, besluiten ze dan dikwijls ook om het aantal potmaten te reduceren.”
In volledig geautomatiseerde kwekerijen - waar geen mensenhanden meer bij de plant komen - zal de heftruck waarschijnlijk geen rol vervullen, geeft hij aan. “Maar het is nog maar een handvol bedrijven waar de automatisering zover is doorgevoerd. En dit is ook alleen interessant voor de echte ‘grote jongens’.”
Paans verwacht ook dat heftrucks aan terrein zullen winnen. Of deze groei groter zal zijn dan bij andere logistieke systemen, durft hij niet te zeggen. “Ook deze systemen winnen aan terrein door de steeds verdergaande robotisering. Kwekers zetten wereldwijd in op arbeidsbesparing en automatisering.”
Een tendens die volgens De Vink sowieso onomkeerbaar is, is de opmars van elektrische heftrucks. Deze zitten de laatste jaren flink in de lift. “Wij voeren de elektrische heftrucks vaak uit met lithium batterijen. Hiermee kunnen we het eigen gewicht nog verder reduceren.”
Hij geeft toe dat een elektrische heftruck wel een hogere investering vergt. “Maar wanneer je het onderhoud en brandstofverbruik in dit plaatje meeneemt, moet het mogelijk zijn om de investering binnen twee jaar terug te verdienen. Daarnaast mag je met een diesel-heftruck eigenlijk niet meer binnen rijden. Een ander voordeel is dat een elektrische heftruck uitermate stil is; dat is veel prettiger werken. Daarnaast is sprake van een continue en gelijkmatige kracht. Kortom: de opmars van elektrische heftrucks is nog lang niet ten einde.”